Kerstgroen uit Dedemsvaart
Fotografie & Tekst: © Anna Rubingh
In het Overijsselse Dedemsvaart ligt een unieke kwekerij die al meer dan 140 jaar snijgroen kweekt. Het 20 hectare grote terrein staat vol met alle soorten groenblijvende bomen en struiken die je maar kunt bedenken, geplant in rijen op soort. Ik ga op bezoek op een van de drukste periodes van het jaar voor het bedrijf. Eigenaar Erik de Jonge: “We leveren eigenlijk het hele jaar wel snijgroen voor boeketten, maar onze piek ligt toch wel in de 8 weken voor kerst.”
Achter op het terrein staan de oude kerst favorieten: hulst, rijen oude hulstbomen staan naast elkaar opgesteld. De rode bes hulsten staan er al sinds 1930. Op ladders worden de takken hulst geoogst. “Er zitten veel bessen aan dit jaar,” vertelt Erik. “Het is nog wel een beetje een kunst om ze in de bomen te houden tot de oogst, want vogels zijn ook dol op de knalrode bessen. Daarom hebben we hier geluidsapparatuur staan met roofvogelgeluiden om zo de bessen veilig te stellen. Als vogels het geluid van een roofvogel horen blijven ze wel weg.” “Er zijn verschillende soorten hulst, maar de groene hulst met rode bessen blijft toch wel de echte kerstfavoriet.”
“Wist je dat ze vroeger de stekelige hulstblaadjes ook gebruikten om in kieren en gaten te stoppen? Zelfs als de blaadjes droog zijn blijven ze stekelig waardoor er geen muizen of andere ongewenste bezoekers je huis in kwamen,” vertelt Erik. “Ook leverde ik wel eens hulst aan een boer die het in zijn stal hing, niet als kerstversiering, maar het schijnt te helpen tegen ringschurft bij koeien.”
Toen het terrein rond 1880 werd aangeplant was het nog geen snijgroenkwekerij maar meer een kwekerij met verschillende aangeplante soorten bomen, heesters en struiken. “Het terrein werd toen ook gebruikt voor de jacht bijvoorbeeld,” legt Erik uit, “er staan nog steeds bomen uit die tijd op de kwekerij, bijvoorbeeld blauwsparren van rond 1900.”
In de jaren 40 kwam de vraag naar snijgroen op gang. “Zo leverde de kwekerij, die toen nog kwekerij Tottenheim heette, het groen voor het huwelijk van prinses Juliana en Bernhard. Er werden hier duizenden slingers van hulst en dennentakken gemaakt die per tram naar Den Haag werden vervoerd.”